Het studeren is nu echt begonnen! We hebben nu twee officiële lesdagen achter de rug. Afgelopen maandag was een introductiedag voor de studenten die afgelopen weekend zijn aangekomen. Maandag, woensdag en vrijdag zijn de dagen hier helemaal vol zitten. Op dinsdag en donderdag zitten er wat tussenuren in het rooster. Dat is helemaal geen straf.
Hoe ziet een gewone lesdag er uit? We nemen u een dagje mee.
06:15 De wekker gaat. We staan op en zorgen ervoor dat we op tijd in het restaurant zijn om te eten. Hiervoor moeten we van het ene naar het andere gebouw lopen.
07:00 Het restaurant gaat open en wij lopen direct richting de afdeling waar we het brood en het broodrooster kunnen vinden. De hamburgers, spaghetti en de saladebar bewaren we voor de lunch of het avondeten.
De helft van het restaurant
Een van de plekken waar je iets kunt kiezen voor je ontbijt.
07:50 Jelmer wordt naar ‘Child-care’ gebracht. Een meester en een juf en nog vier andere kinderen zullen de hele morgen met elkaar optrekken. Daarna gaan we direct richting het leslokaal voor de eerste les, in weer een ander gebouw.
08:00 De eerste les begint: Sign Language Translation. (Vertalen van Gebarentalen) De docent vertelt over de basisprincipes van het vertalen, wat kan wel en wat kan niet? En waarom kan het ene wel en het andere niet?
08:50 De eerste les is afgelopen. Nu tien minuten de tijd om bij het volgende lokaal te komen.
09:00 De tweede les voor vandaag is Field Methods. Helaas begint dit pas op donderdag. Dus daarover later mee.
10:00 Les drie is Morphosyntax of Sign Languages. Dit gaat over morfologie en syntaxis, maar dan specifiek gericht op gebarentalen.
Morfologie gaat over de kleinste betekenisdragende onderdelen van een taal, dit noemen we morfemen. Een voorbeeld: het woord boek bestaat uit één morfeem, terwijl boekje en boeken uit twee morfemen bestaan. Het morfeem /je/ duidt op een klein boek; /en/ geeft aan dat er meer dan één boek is. (Dit voorbeeld geldt voor het Nederlands)
Syntaxis gaat over de opbouw van een zin. Je kunt zeggen ‘Polly houdt van Bob’, maar je kunt ook zeggen ‘Bob houdt van Polly’. Alleen dit betekend niet hetzelfde. Je kunt ook zeggen, volledig grammaticaal correct: ‘kleurloos groen houdt van zitten.’ Dit heeft alleen geen betekenis.. Dus wederom, wat kan wel, wat kan niet en waarom? Een kleine inkijk in hoe we Gebarentalen opschrijven om ze te kunnen onderzoeken.
10:50 Rennen naar Childcare om Jelmer op te halen en dan gaat een van ons naar Chapel. Een bezinnend moment tussen alle informatie door. Even ontspannen en luisteren naar een getuigenis of samen zingen. Heel waardevol.
tot 12:50 hebben we weer de tijd om in het restaurant te eten, Jelmer naar Childcare te brengen en dan gaan we verder met het middagprogramma.
13:00 Phonology of Sign Language. (Fonologie van Gebarentalen) Fonologie gaat over de verschillende bouwstenen waaruit een gebaar bestaat. Om bij het voorbeeld van een boek te blijven. Je kunt gebaren /BOEK/ en om een meervoud te maken gebaar je /BOEK BOEK BOEK/. Maar maak je het gebaar /FIETS/ en wil je hiervan een meervoud gebaren dan is het niet mogelijk om /FIETS FIETS FIETS/ te gebaren. Een van de bouwstenen levert dan een beperking op. Fonologie wil dan weten waarom en wat en hoe.
14:00 Second Language Acquisition (Tweede Taalverwerving) staat daarna op het programma. Bij dit vak is Alfred degene die de tweede taal in brengt. Er zijn twee rondes van 50 minuten. In dit lesuur leren telkens 5 studenten Nederlandse Gebarentaal. Later meer over hoe dit in z’n werk gaat, nu alvast een bewijs dat Alfred echt aan het werk is:
16:00 Jelmer weer op halen uit Childcare. Nog even buiten spelen of boodschappen doen en dan weer richting het restaurant voor ons avondeten.
Nadat Jelmer in bed ligt, verdiepen wij ons nog even in de stof die we voor vrijdag voorbereidt moeten hebben. Het morfosyntaxfonologisch stof begint langzaam neer te dalen in onze hersenen. Tijd voor wat ontspanning.